B2asc

Nieuws

De afvalstoffenwetgeving VLAREMA verplicht de bouwheer nu al om een sloopopvolgingsplan op te stellen voorafgaand aan de sloop van gebouwen. Dit is het geval bij niet-residentiële gebouwen van meer dan 1000 m³, of in hoofdzaak residentiële gebouwen van meer dan 5000 m³. Het sloopopvolgingsplan geeft aan welke afvalstoffen zullen vrijkomen bij de geplande sloopwerken. Het bevat ook een advies over het mogelijk hergebruik of de verwerking van de afvalstoffen. 

Traceersysteem

De Vlaamse Regering maakt nu ook de verdere sloopopvolging door een sloopbeheerorganisatie verplicht voor grote werven. Dit betekent dat de bouwheer niet alleen een sloopopvolgingsplan moet opstellen, maar ook een verplichte traceerbaarheidsprocedure moet volgen. Het systeem van verplichte sloopopvolging garandeert in eerste instantie de zuiverheid van de puinfractie, die meer dan 90 % uitmaakt van het bouw- en sloopafval. Een dergelijk systeem stelt de brekers die het puin verwerken tot herbruikbare granulaten, in staat te beoordelen of het aangeboden puinafval voldoende zuiver is om te verwerken als puin met een laag milieurisico.  

Aanpak bij de bron  

Bij sloopwerken opgevolgd door de sloopbeheerorganisatie zijn er garanties dat gevaarlijke afvalstoffen, zoals asbest en stoffen die de recyclage van puin verstoren, bij de bron worden afgescheiden. Puin met laag milieurisico moet zo minder streng  uitgekeurd worden, omdat de kans groter is dat de bekomen gerecycleerde granulaten aan de kwaliteitseisen voldoen. Zo wordt de verwerking van puin, afkomstig van een werf die is opgevolgd door een sloopbeheerorganisatie, op termijn goedkoper.

Meer info  

Het voorstel is opgenomen in een wijziging van VLAREMA dat de Vlaamse Regering vlak voor het kerstreces voor de eerste keer principieel heeft goedgekeurd. Het voorstel is nu in behandeling bij de adviesraden.     

Het wijzigingsvoorstel VLAREMA 8 is hier terug te vinden.

 

Bron: OVAM